De Perzische generaal Harpagus (5e eeuw v.Chr.) ging volgens de Griekse geschiedschrijver Herodotus (±485 - 425/420 v.Chr.) verder op zijn veroveringstocht door het huidige West-Turkije. Daarbij kwam hij de Cnidiërs tegen. Uiteraard is wel duidelijk wat er van hun zelfstandigheid overbleef, maar de weg ernaartoe is interessant. Cnidus. zegt Herodotus, ligt aan een landengte. Wat ze deden is het volgende (Historiën I.174.3):
Aan de Noordkant ligt het [Cnidus] aan de Golf van Ceramicus en aan de Zuidkant aan de zee van Simi en Rhodos. Nu, terwijl Harpagus Ionia aan het veroveren was, groeven de Cnidiërs een geul door de smalle landengte die ongeveer tweederde mijl breed is, zodat het land in een eiland zou veranderen. Ze brachten alles [van hun land] binnen de omgrachting, want de grens tussen het Cnidische land en het vasteland was op de landengte waar ze groeven.
Wat een werk om vervolgens veroverd te worden. De boel was namelijk gestopt toen een priester hen daartoe opdracht gaf. Cnidus gaf zich over aan de Perzen.