Sulla had grote fysieke problemen, als we de biograaf Plutarchus (±46 - minstens 120 n.Chr.) moeten geloven - en dat komt ons hier goed uit. In zijn biografie van de politicus beschrijft Plutarchus dat het niet altijd even goed ging met Rome's eerste dictator voor onbepaalde tijd (gebruikelijk werd een dictator voor een periode van zes maanden aangesteld). Sulla had thuis een vrouw zitten, vertelt Plutarchus, maar dat zorgde er niet voor dat hij zich niet bezig hield met andere vrouwen. Hij vertelt verder (Sulla 36.2-3):
Door deze levenswijze verergerde hij een ziekte die in het begin onbelangrijk was en gedurende lange tijd had hij niet eens in de gaten dat er zweren op zijn darmen zaten. Deze ziekte beschadigde zijn hele vlees ook en zette het om in wormen, zodat, ook al had hij velen in dienst om hen dag en nacht te verwijderen, datgene dat ze van hem afnamen was niets vergeleken met datgene dat er bij kwam bij hem. Zijn kleding, wastafels en voedsel waren geïnfecteerd met de stroom van bederf, zo gewelddadig was datgene dat zijn lichaam afstootte. Om die reden dompelde hij zichzelf vele keren per dag onder in water om zichzelf te reinigen en te schuren. Maar dit maakte niets uit, want de verandering haalde hem snel weer in en de zwerm van ongedierte tartte elke zuivering....En toch wilden de vrouwen bij hem in de buurt komen.
Boekentip voor vandaag:
Plutarchus, Biografieën IV
Geen opmerkingen:
Een reactie posten