Toen hij [Caesar] hen verzocht om te zeggen wat ze wilden, waren zij zo verbaasd dat ze niet overgingen tot het openlijk spreken over de gift [het extra geld dat ze wilden] in zijn aanwezigheid, maar ze namen een meer gematigde koers aan door te eisen dat ze uit militaire dienst zouden worden ontslagen, in de hoop dat hij zélf over de gift zou spreken omdat hij soldaten nodig had voor zijn niet-afgeronde oorlog. Maar, in tegenstelling tot wat zij allen verwachtten, antwoordde hij zonder aarzeling: "Ik ontsla jullie." Vervolgens, tot hun nog grotere verbijstering, en terwijl de stilte het meest te snijden was, voegde hij toe: "En ik zal jullie alles geven wat ik jullie beloofd heb wanneer ik met andere soldaten de triomftocht hou."Deze mokerslag sloeg een gat in de eerzuchtige Romeinse soldaten. Volgens de Romeinse biograaf Gaius Suetonius Tranquillus (69/70 - 140 n.Chr.) wierp Caesar de soldaten nog het woord Quirites toe, waarmee hij hen als gewone burgers aansprak, niet als strijdmakkers of soldaten (Caesar 70), waarna de muiterij afgelopen was.
Interessant artikeltje over deze muiterij.
Boekentip voor vandaag:
Suetonius, Keizers van Rome
Appianus, The Civil Wars
Geen opmerkingen:
Een reactie posten