De berg Sandaracurgium is uitgehold door de mijnactiviteiten die daar zijn gedaan, want de werkers groeven er diepe grotten onder. De mijn werd bewerkt door zakenlieden [publicani] die als mijnwerkers slaven gebruikten die op de slavenmarkt waren verkocht omwille van hun misdaden; want, naast de pijnlijkheid van het werk, zegt men dat de lucht in de mijnen zowel dodelijk was als moeilijk uit te houden door de vreselijke stank van de ertsen, waardoor de werkers gedoemd waren tot een snelle dood. De mijnen stonden ook vaak leeg omwille van de onprofijtelijkheid ervan, omdat de werkers niet alleen meer dan tweehonderd in getal waren, maar ook steeds weer vervielen vanwege ziekte en dood.De Romeinse publicani stonden niet bekend om hun aandacht voor het welzijn van de werknemers [meestal slaven]. Dat de mijnen onbewerkt bleven had meer te maken met het feit dat de opbrengsten nauwelijks meer opwogen tegen de kosten van het steeds weer opnieuw aanvoeren van ter dood veroordeelde slaven voor het werk.
Boekentip voor vandaag:
Strabo, The Geography of Strabo
Geen opmerkingen:
Een reactie posten