Tot 40% extra korting op winters assortiment!

maandag 9 december 2013

De hoofdregel voor politici

Eerder besprak ik een stukje van de Romeinse architect Marcus Vitruvius Pollo (± 85 - 20 v.Chr.) die meende dat een architect van alle markten thuis moest zijn in de kunsten en de wetenschappen. Idee hierachter was dat bij de Romeinen werkzaamheden veel minder verdeeld waren dan tegenwoordig. Waar het leger tegenwoordig speciale infanteriegeneraals en artillerie-leiders had die elkaar niet kunnen vervangen, en waar het bouwen van een huis tegenwoordig allerlei specialisten vergt (van een landmeter tot een architect en van een metselaar tot een stucadoor) deed een beetje Romeins vakman alles zoveel mogelijk zelf. Een mooi voorbeeld hiervan is de steun en toeverlaat van keizer Augustus (63 v.Chr. - 14 n.Chr.), Marcus Vipsanius Agrippa (63 - 12 v.Chr.) die niet alleen de veld- en zeeslagen voor Augustus uitvocht, maar ook het Pantheon bouwde.

Architectuur is een toegepaste tak van sport; je hebt er allerlei kennis voor nodig, zeker als je alles zelf moet regelen. Ditzelfde geldt voor een andere bezigheid, eentje waar één van de grote zwaargewichten uit de Romeinse Republiek, Marcus Tullius Cicero (106 - 43 v.Chr.), zich vaak mee bezighield. Dit is de welsprekendheid. In de Oudheid, met name in Griekenland, is altijd een discussie geweest tussen filosofen en redenaars. Socrates (± 470 - 399 v.Chr.) verzette zich tegen de welsprekende sofisten die veel aandacht besteedden aan de vorm van een argument en niet alleen aan de inhoud, Socrates' kindje. Volgens Socrates leidde het mooie taalgebruik van een redenaar af van de inhoud van zijn betoog.

Cicero houdt een rede tegen Catilina
Bron: Wikipedia
Cicero kijkt er op een andere manier naar, meer zoals Vitruvius. Goed kunnen spreken is een machtig wapen, maar alleen als aan een belangrijke voorwaarde is voldaan (De ideale redenaar I.20 (p. 17)):
Naar mijn mening zal niemand een onvolprezen redenaar kunnen zijn, als hij zich geen kennis heeft verworven op alle belangrijke gebieden van kunst en wetenschap; immers, uit kennis van zaken moet de redevoering opbloeien en tot volheid komen. Heeft de redenaar niet terdege kennisgenomen van zijn stof, dan is de stilistische inkleding van zijn betoog leeg en zinloos, ja bijna onnozel.
Een mooi stukje advies voor de politici van tegenwoordig.

Boekentip voor vandaag:
Cicero, De ideale redenaar

Geen opmerkingen:

Een reactie posten