Vrijlaten vond vaak plaats wanneer de meester meende er een reden voor te hebben, maar het gebeurde ook regelmatig dat een slaaf bij testament vrijgelaten werd bij het overlijden van de meester. Om dit fenomeen in goede banen te leiden is in 2 v.Chr. de Lex Fufia Caninia ingesteld. Volgens de Romeinse jurist Gaius (±110 - ±180 n.Chr.) stelt deze wet het volgende (Instituten I.43):
Want degene die meer dan twee en niet meer dan tien slaven heeft, mag hoogstens de helft van dat aantal vrijlaten; hij daarentegen, die meer dan tien en niet meer dan dertig slaven heeft, mag hoogstens een derde deel daarvan vrijlaten. Degene die er echter meer dan dertig en niet meer dan honderd heeft, wordt de bevoegdheid verleend tot vrijlating van hoogstens een vierde deel. Tenslotte mag hij, die er meer dan honderd en niet meer dan vijfhonderd heeft, niet meer dan een vijfde vrijlaten; en er wordt geen rekening gehouden met iemand die er meer dan vijfhonderd heeft, opdat een breukdeel van dat aantal wordt vastgesteld, doch de wet schrijft voor dat niemand er meer dan honderd mag vrijlaten. Maar wanneer iemand in het geheel een of twee slaven heeft, is de wet hierop niet van toepassing en heeft hij derhalve de vrije bevoegdheid tot vrijlaten.
Het feit dat er een wet was die het aantal vrijgelaten slaven beperkte, is op zichzelf al interessant. Aangenomen wordt dat dit vooral sociale redenen had. Door de positie van slaven en vrijgelatenen vast te stellen in de wet, hoopten ze te voorkomen dat er nog veel slavenopstanden zoals die van Spartacus zouden komen. Tenminste, zo werd het gepresenteerd, maar het zit allemaal veel meer in de volksaard van de Romeinen. Romeinen hadden namelijk nogal de neiging op te scheppen over hun goede eigenschappen. Door in je testament honderden slaven vrij te laten, toonde je hoe rijk je was en hoe menselijk je was. Van dit prestige kon je zoon dan de vruchten plukken. Keizer Augustus (63 v.Chr. - 19 n.Chr.) die ten tijde van deze wet aan de macht was, probeerde vooral dát te voorkomen.
Boekentip voor vandaag
Gaius, The Commentaries of Gaius
Geen opmerkingen:
Een reactie posten