Tot 40% extra korting op winters assortiment!

maandag 25 november 2013

'Baken van Licht' zonder het zelf te weten

De middenperiode van de eerste eeuw na Christus was een periode waarin veel gebeurde. Met name het Vierkeizerjaar (68 - 69) en de Joodse Opstand (66 - 70). De Joodse Opstand is gedetailleerd beschreven door de Joodse historicus Titus Flavius Josephus (37 - ±100 n.Chr.). Hij probeert de oorlog (want zo kun je een opstand van deze lengte wel noemen) vanuit een Joods perspectief uit te leggen aan de Romeinen. 

Josephus maakt geen goed-tegen-kwaad-strijd van de oorlog. Hij beschrijft een conflict binnen de Joodse rangen tussen een groep die vrede wil en eentje die oorlog wil. Deze laatstgenoemden, de zeloten, kregen aanvankelijk het overwicht in Jeruzalem en namen daar min of meer de macht over. Dat deden zij door op de belangrijkste posities in het bestuur van de stad hun eigen marionetten neer te zetten (De Joodse Oorlog IV.3.8):
Zo riepen zij dan één van de hogepriesterlijke families bijeen, genaamd Eniakim, en kozen door het lot een hogepriester. Het lot viel 'toevallig' op een man in wie het misdadige van hun opzet het duidelijkste werd gedemonstreerd. Het was een zekere Fannias, zoon van Samuël uit het dorp Afta. Hij behoorde niet tot het hogepriesterlijke geslacht, hij was zelfs zó onontwikkeld dat hij niet eens besefte wat de waardigheid van hogepriester inhield. Tegen zijn zin werd hij uit de provincie naar Jeruzalem gesleept. Hier bond men hem hem, als ware het een komediespel, een vreemd masker voor, men deed hem het heilige gewaad aan en leerde hem wat hij op een gegeven ogenblik moest doen.
Fannias moet wel uitgegroeid zijn tot één van de grootste bakens van licht in de Joodse geschiedenis! 

Boekentip voor vandaag:
Flavius Josephus, De Joodse Oorlog en uit mijn leven

Geen opmerkingen:

Een reactie posten