Tot 40% extra korting op winters assortiment!

vrijdag 24 augustus 2012

Rovers en koningen

Koningin Beatrix heeft haar lip bezeerd. Dat was het nieuws van de dag van eerder deze week, blijkbaar. Vervelend voor haar. Ik heb ook wel eens mijn lip bezeerd en kan je vertellen dat dat niet prettig is. Verschil tussen onze lipproblemen is dat die van mij niet in het nieuws komen en die van de koningin wel. Ik vind dat niet erg, maar het geeft wel aan dat een koningin meer is dan een figuur met een bepaalde hoeveelheid macht. Het staatshoofd leeft onder een vergrootglas.

Dit was niet anders in de Oudheid. Hoewel het nieuws van een pijnlijke lip vaak Rome nog niet uit was voor de lip hersteld was, vorsten hadden een speciale positie. Dit was iets waar de kerkvader Augustinus van Hippo (354 - 430 n.Chr.) de aandacht op vestigde. Hij vertelt over een piraat die door Alexander de Grote (356 - 323 v.Chr.) werd gevangengenomen en hoe hij zich verdedigde (De stad van god IV.4):
Toen de koning hem vroeg hoe hij het waagde de zee te teisteren, antwoordde hij vrijmoedig: "hoe waag jij het de gehele wereld te teisteren? Maar omdat ik het doe met enkel een klein scheepje, noem jij mij een rover; jij die hetzelfde doet met een grote vloot, wordt koning genoemd."
Koningschap (en politiek leiderschap in het algemeen) komt neer op hebben van zoveel macht dat je wegkomt met misdaden waar een ander niet mee weg komt. Augustinus zag dat al. Dit heeft natuurlijk niets te maken met het verhaal van de pijnlijke lip, maar koningen zijn nu eenmaal anders, in vele opzichten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten